Het is nu zeker. Binnenkort komt de koningin langs voor een koffiebezoekje. Het hele huis is in oproer. Wat gaan we haar aanbieden? De koffie is geen probleem. We schenken natuurlijk alleen maar Max Havelaar biologische koffie. Hoop wel dat ze die lust...
Het probleem is het kopje. Bij hele grote feesten in de wijk gebruiken we van die plastic bekertjes waar je er 100 voor anderhalve euro van koopt. Maar kunnen we dat wel maken? De koningin koffie aanbieden in een plastic bekertje? Wat de koffie betreft, maakt het niet uit, maar dat plastic bekertje...
We kunnen haar natuurlijk ook koffie aanbieden in die witte kopjes en schotels, die de meeste kerken gebruiken. Maar zal dat wel speciaal genoeg zijn? Is dat niet te standaard?
Toen we verhuisden, dronken we cola uit de gieter (bij gebrek aan betere glazen). We kunnen moeilijk de koningin een gieter koffie aanbieden. Wat zal ze haar mond kunnen branden aan de tuit van de gieter! Ik zie het al voor me... Grote krantenkoppen: "Koningin brandt haar mond bij het drinken van hete koffie uit gieter - mag een week lang niet praten." Nee, die gieter is ook geen goed idee. Hoewel de koffie misschien best zal smaken...
Thuis hebben we van die grote mokken. Niet allemaal hetzelfde. De ene mok is wat kleiner dan de ander. Sommigen zijn een beetje kapot met scheuren erin of van die stukje die er af zijn. We kunnen haar natuurlijk gewoon onze beste beker aanbieden. Maar misschien is dat toch te familiair.
Op naar onze buurvrouw dus, die van die mooie porceleinen kopjes heeft. Als ik hem nu maar niet laat vallen... Misschien heeft ze er ook van die mooie kristallen schaaltjes bij voor de suikerklontjes en de koekjes.
Nu maar hopen dat ze van Max Havelaar houdt...
"Al deze dingen zei Jezus in gelijkenissen tot de menigte; hij sprak uitsluitend in gelijkenissen tot hen." Mattheus 13: 34
Duitse wetenschappers hebben afgelopen jaar een nieuw ‘hemels’ molecuul ontdekt. Op de boze reactie vanuit christenen dat we de kerk al duizenden jaren kennen, reageerden ze ontkennend: "We hebben de kerk altijd gezien als gebouw of als een groep mensen die zondags bij elkaar komen, maar nooit als hemels molecuul; een hemelse substantie. Kerk is namelijk niet iets wat Net zoals je bij een verbinding van twee atomen waterstof met een atoom zuurstof kan spreken over H20; het molecuul water. Op dezelfde wijze verbinden twee atomen van volgelingen (V) zich met het atoom Christus (C) waardoor een nieuwe molecuul ontstaat: V2C"
Wanneer we praten over het thema ‘kerk’ roept dit verschillende beelden in ons op; van grote kathedralen naar zondagse kerkdiensten. Maar stel dat we op zoek gaan naar de allerkleinste en zuiverste vorm van kerk zijn, waar komen we dan uit? Wat is de meest elementaire vorm van kerk zijn? Waarschijnlijk komen we dan uit bij Mattheus 18:20 ‘waar twee of drie mensen in mijn naam bij elkaar zijn, daar ben ik zelf bij hen.’ Als twee christenen elkaar zo maar ontmoeten, blijven het twee mensen die elkaar ontmoeten. Als ze elkaar ontmoeten in de naam van Jezus ontstaat er een hemelse substantie die kerk heet omdat er een samensmelting ontstaat van mensen met Jezus. Dit is iets uniek, mysterieus, op geen enkele wijze te kopieren. Een watermolecuul op zichzelf heeft nog weinig impact. Miljoenen watermoleculen vormen samen druppels, die rivieren vormen, die samen oceanen vormen. Zo is het ook met de kerk. Dit proces van het samensmelten van christenen met Jezus vindt wereldwijd plaats en vormt bij elkaar een oceaan van ‘kerk zijn’.Dit molecuul bestaat uit twee of meerdere ‘V’ atomen. Bij een verbinding met het ‘C’ atoom ontstaat het V2C molecuul. De Duitsters hebben dit molecuul een eigentijdse naam gegeven en noemen het ‘kerk’.
wij als mensen uit onszelf kunnen produceren. Het is een hemelse substantie waarbij Christus zich verbindt aan een groep mensen.
Hier zien we het beeld van de moleculaire kerk:
Een christen (V) komt in de naam van Jezus bijeen met een andere christen (V). Jezus (C) komt hier ook bij en plotseling ontstaat er op een mysterieuze wijze een nieuwe substantie; kerk. Het is als bij scheikunde waar twee waterstof moleculen (H) een zuurstof molecuul ontmoeten (O) en ineens water ontstaat (H2O)
Als elkaar ontmoeten in de naam van Jezus werkelijk de basisvorm van ‘kerk zijn’ is, roept het natuurlijk de vraag op; wat houdt het in om elkaar te ontmoeten in de naam van Jezus? Waarom vind Jezus dit van zulk belang dat hij belooft daar zelf bij aanwezig te zijn?
Op dezelfde wijze hebben christenen al vanaf het allereerste begin gezocht naar een glas om het water in te gieten. Dit glas is het programma, de activiteiten, het gebouw, de diensten waar dit ‘kerk zijn’ vorm moet krijgen. Over de eeuwen heen zijn deze glazen erg verschillend geworden, maar voor het water maakt dat niet uit, want het water neemt de vorm aan van welk glas dan ook.
Toch moeten we blijven oppassen, want voordat we het weten, halen we het water en het glas door elkaar en wordt het allemaal één pot nat. Over de eeuwen heen hebben we als kerk van onze aandacht aan de verschillende glazen gegeven, waardoor de vraag of er voldoende vers water in onze glazen zit naar de achtergrond is geraakt en vaak helemaal vergeten is. Misschien is het zelfs zo dat het glas in veel gevallen de aandacht van het water heeft overgenomen.
Welke bijbelse voorwaarden zijn er voor de structuur van een kerk of zijn we hier werkelijk helemaal vrij in zolang er de gemeenschap met elkaar en met Christus is? We praten vaak zo makkelijk over de kerk, maar als we goed nadenken over het verschijnsel ‘kerk’ komen we tot de conclusie dat de kerk is in zichzelf een mysterie is. Het echte verschijnsel ‘kerk zijn’ kunnen wij als mensen niet creëren...
Werkelijk kerk zijn ontstaat pas bij een samensmelting van Christus met zijn volgelingen. Het is pas als Christus zelf in het midden komt van twee of meerdere van zijn volgelingen die in Zijn Naam bijeen zijn, dat kerk ontstaat. Het is vergelijkbaar met het ontstaan van een watermolecuul. Een watermolecuul (H ²O) ontstaat pas bij een samensmelting van een waterstofmolecuul en twee zuurstofmoleculen. Zo is het ook met de kerk. De pure vorm van kerk zijn; het fuseren van Christus met zijn volgelingen is een mysterieus gebeuren dat keer op keer ontstaat. Dit samensmelten is ook geen constante; het ontstaat, neemt af, verdwijnt, neemt weer toe. Het is net als water voortdurend in beweging.
De vraag die christenen vanaf het eerste uur heeft bezig gehouden, is de vraag op welke manier je de omstandigheden kan creëren zodat deze mysterieuze fusie keer op keer kan ontstaan. Je komt dan de vragen tegen zoals: hoe, wanneer, waar, hoe laat, met wie, op welke manier, hoelang. De antwoorden op deze vragen scheppen de voorwaarden en de structuur zodat de fusie kan plaatsvinden.
Terugkomend op het beeld van deze fusie als water zou je de voorwaarden en de structuren het glas kunnen noemen. Deze lijn doortrekkend is het duidelijk dat als de gemiddelde christen over de kerk spreekt, zowel het glas als het water wordt bedoeld. De gemiddelde kerkganger ziet het beeld van het water en het glas als één geheel. Er wordt geen onderscheid meer gemaakt tussen het glas en het water. Dit onderscheid is grotendeels verloren gegaan. Het verlies van dit onderscheid tussen het water en het glas draagt een aantal problemen in zich.
Denk maar aan de neiging om voortdurend met het glas bezig te zijn, het gevaar om waterloos te worden, het veroordelen van de ander omdat die persoon uit een ander glas drinkt.
Het verlies van dit onderscheid neemt ook een probleem met zich mee zodra we aan gemeentestichten gaan denken. Binnen gemeentestichting wordt er een nieuw glas gemaakt. Tenzij het gemeentestichtende team hier uitgebreid over nagedacht, gesproken en gelezen heeft, ligt er een sterke neiging om een kopie van een bestaande kerk, van een huidig glas te creëren. In sommige gevallen, zoals bij het stichten van een dochtergemeente kan een kopie of een kloon de juiste optie zijn. In veel gevallen is kopieren of klonen niet de beste optie en zal er gedacht moeten worden over nieuwe vormen van gemeente zijn die mensen een mogelijkheid geven om te drinken van het ‘levende water’. Als er bij het gemeentestichtend team geen onderscheid is tussen het water en het glas wordt dit bijna onmogelijk.
Planten drinken water uit een gieter, honden likken het van een bord of een schaal, mensen drinken het uit hun favoriete beker, koffiekopje, een gekleurd glas, een doorzichtig glas, een bierglas, een theeglas, een jeneverglaasje, een frisdrankglas, een cocktailglas, een wijnglas of uit de fles. Deze diverse vormen van drinkgewoontes zorgen ervoor dat het gemeentestichtend team uitgedaagd wordt om naar haar doelgroep te kijken en in overleg met deze doelgroep (of kijkend vanuit de ogen van de doelgroep) invulling te geven aan het nieuwe glas. Ze doet dit door antwoorden te zoeken op de vragen: waar, hoe laat, wanneer, hoelang, wat, hoe, wie, hoe vaak.
Door dit proces zullen er in Nederland tal van volledig nieuwe vormen van gemeente zijn kunnen ontstaan, die niet als concurrentie naast elkaar, maar juist waarderend van elkaar kunnen samenleven. Gemeentes waar keer op keer een overstroming van levend water plaats vindt. Gemeentes die bestaan uit allerlei diverse vormen, kleuren, maten van glazen, borden, schalen, bekers, gieters. Gemeentes waaruit vele dorstige mensen mogen gaan drinken van het levend water.